Krentenboompje
Amelanchier (bot.)
June berry of sowy mespilus (Eng.)
Amélanchier (Frans)
Felsenbirne of Korinthenbaum(Duits)
Rosaceae - roosfamilie
Wanneer het krentenboompje bloeit, is het echt lente. In Drente, Overijssel, Noord-Brabant, Zuid-Limburg en de Kempen groeit hij in het wild. In Nederland kan men tijdens het voorjaar (april) van de bloeiende krentenbomen genieten in de ‘krententuinen’ bij het Drentse Dwingelo en op het Landgoed Eerde bij Ommen.
Naamgeving
Amelanchier is een woord uit Savoie en betekent
mispeltje. Wij
zien dit ook in het Engelse woord mespilus. Snowy duidt op de bessen die
berijpt lijken. Het Duitse woord Felsenbirne duidt op de Europese soort
die tussen de rotsen groeit. Korinthenbaum betekent krentenboom, en dat
heeft te maken met het feit dat vroeger veel krenten uit Corinthe geïmporteerd
werden.
Herkomst
Inheems is het krentenboompje in Europa en Noord-Amerika. De soort Amelanchier ovalis (bergmispel) vinden we in het zuidelijke Alpengebied tot een hoogte van 2000 m.
De krent, zoals deze struik in Nederland en België ook wel genoemd wordt, werd al in de 16e eeuw in Europa gecultiveerd en veelal in boerentuinen geplant om zijn aromatische, zoete, krentachtige vruchten, die zelfs op de markten verkocht werden.
In Zweden worden op dit moment nieuwe soorten gecultiveerd die meer en grotere vruchten leveren.
Plantkenmerken
Amelanchier lamarckii, de krent die bij ons het meest voorkomt, kan maximaal 12 m hoog worden. Het is een bladverliezende, meerstammige boom of struik . De bloemen zijn wit of crème, geuren lekker en verschijnen tegen eind april in losse bosjes tussen de koperkleurige ontluikende bladeren die met fijne, zilverwitte haartjes bezet zijn. In de zomer is slechts de onderkant viltig behaard. De krent bloeit vooral op kortloten aan scheuten van het voorgaande jaar. In de oksels van de bladeren ontwikkelen zich in juni al weer bloemknoppen voor het volgende jaar. De (schijn) vruchten rijpen in juli en augustus en kleuren dan rood tot donkerpurper. De zaden liggen opgesloten in een vier-tot tienhokkig klokhuis. Vogels zijn er dol op. de krenten hebben een zoet, bosbesachtig aroma en zijn sappig. De bladeren kleuren in het najaar prachtig geelrood.
Standplaats
De krent groeit het best op licht vochtige en zure grond, maar ook op
voedselarme of kalkhoudende gronden. Hij past zich gemakkelijk aan de bodemomstandigheden aan.
Zon of halfschaduw, het maakt allemaal niets uit. Hij kan goed tegen vorst.
Alleen te natte grond vindt hij niet zo prettig.
De krent kan ook in grote potten geplant op een balkon gezet worden.
Soorten
Amelanchier arborea stamt uit Canada en kan 20 m hoog worden. Hij heeft vrij grote blauwzwarte vruchten, die niet erg smakelijk zijn.
Amelanchier alnifolia wordt slechts 5 m hoog en heeft rechtopstaande, witte bloemtrossen. De blauwzwarte, berijpte vruchten zijn zoet en sappig. Zij ontwikkelt veel uitlopers die tot een plaag kunnen worden. Zij worden op dit moment vooral in Zweden geteeld.
Amelanchier x grandiflora is een struik of boom van maximaal 9 m hoog met grote
witte bloemen en grote, sappige vruchten.
Amelanchier laevis wordt maar ca. 3 m hoog en heeft grote, witte bloemtrossen. De bijna zwarte vruchten zijn 15 cm groot en lekker zoet.
Amelanchier ovalis is de enige Europese soort en wordt slechts ca. 2 m hoog. Hij heeft een wat strakkere groeivorm dan de andere soorten. In de rechtopstaande, witte bloemtrossen zitten 3 tot 8 bloemen. De blauwzwarte bessen zijn erg zoet.
Snoei
Wanneer het boompje onderaan kaal begint te worden, kun je het beste na de bloei uitdunningsnoei toepassen. De oude takken worden dan weggehaald zodat er weer meer licht in de boom komt. Wie van de struik een boom wil maken, moet van begin af aan goed snoeien. Je kiest een stevige tak uit en snoeit de rest weg. De zijtakken van deze tak snoei je terug tot eenderde van hun lengte. Maar de top laat je met rust. De zijtakken van deze stam snoei je enkele jaren tot deze dik genoeg is om de kroon te dragen.
Ziekten en plagen
Alleen meeldauw kan schadelijk zijn voor de krent.
Gebruik
Van de bessen kan jam gemaakt worden. Door hun hoge gehalte aan pectine hoeft men geen geleermiddel toe te voegen. Zij kunnen ook met andere vruchten gemengd worden. Je kunt ze ook drogen en later, net als krenten, in gebak of compotes gebruiken of er wijn en sap van maken. De smaak lijkt op die van bosbessen. De vruchten zijn rijk aan vitamine A.